Hel

Kernwoord
Hel
Beschrijving algemeen

In het Oude Testament wordt het woord ‘sheol’ gebruikt als de verblijfplaats van de doden. Het is het rijk van de dood dat lijnrecht tegenover het leven staat. Het is de plaats van het eeuwig verderf.

Het woord wordt in het Oude Testament ook gebruikt voor de plaats waar de goddelozen eeuwig zullen verblijven. Onze Statenvertalers vertalen het woord ‘sheol’ soms door ‘graf’ en soms door ‘hel’. Het Oude Testament laat ons de ‘sheol’ zien als een plaats waar de onbekeerde zondaars eens zullen komen; de plaats die wij ‘hel’ noemen.

Het woord ‘sheol’ wordt in het Nieuwe Testament vervangen door ‘hades’. Dat woord ziet eveneens op de dood , het dodenrijk en het graf. Ook hier geven onze Statenvertalers de ene keer het woord ‘hades’ weer door ‘graf’ en een volgende keer door ‘hel’. In het Nieuwe Testament komen wij ook het woord ‘gehenna’ tegen. Het woord ‘gehenna’ is afgeleid van ‘het dal van Hinnom’, dat is de naam die gegeven is door de godvruchtige koning Josia aan dit dal in de onmiddellijke nabijheid van Jeruzalem. Voor die tijd werden er in dit dal kinderoffers gebracht aan de Moloch. Het werd in het Nieuwe Testament gebruikt voor de plaats waar de goddelozen de straf ontvangen van de eeuwige dood.

De hel is de plaats waar wij eeuwig Gods toorn tegen de zonde zullen moeten dragen zonder die ooit te kunnen doordragen. Daarom spreken wij over het eeuwig straflijden in de hel.  

Beschrijving begeleider

Zowel in het Oude- als het Nieuwe Testament worden er voor ons woord hel woorden gebruikt die ons wijzen op de plaats waar de onbekeerden terecht zullen komen na het sterven en waar ze ook eeuwig zullen verblijven. Dan is er geen herstel meer mogelijk in Gods gunst en gemeenschap. Dan is de genadetijd voorbij. God kan de zonde alleen vergeven op de aarde (Mrk. 2:10). In de hel is het niet meer mogelijk en in de hemel is het niet meer nodig.

Beschrijving client

De hel is de plaats waar je voor altijd zonder God moet leven. Dan is het niet meer mogelijk om vergeving van zonden te krijgen. Dan is het te laat. Dan moet je voor altijd (eeuwig) de straf op je zonden dragen.